In het erfrecht kennen we het fenomeen ‘stiefoudergevaar’. Wat wordt daarmee bedoeld en wat kun je er tegen doen? In deze blog leggen we het uit.
Wat is het stiefoudergevaar?
Wat precies wordt bedoeld met het stiefoudergevaar kan het beste worden geïllustreerd aan de hand van een voorbeeld.
We gaan uit van een gezin van vader, moeder en twee kinderen. De ouders zijn getrouwd (of hebben een geregistreerd partnerschap). Stel dat moeder komt te overlijden en zij geen testament heeft gemaakt. De wet regelt de afwikkeling van haar nalatenschap (of: erfenis) als volgt: haar hele nalatenschap gaat naar de vader. Hij verkrijgt de goederen, maar moet ook alle schulden voldoen. De kinderen krijgen een geldvordering op hun vader. Die geldvordering is gelijk aan de waarde van hun erfdeel. Deze vordering is echter pas opeisbaar bij overlijden van vader. De strekking van deze wettelijke regeling is ervoor te zorgen dat de langstlevende ongestoord kan voortleven.
Zolang vader alleen blijft is er niet veel aan de hand. Op het moment dat hij komt te overlijden zijn de twee kinderen normaal gesproken de erfgenamen en verkrijgen zij de gehele erfenis van zowel vader als moeder.
Maar stel nu dat vader op een zeker moment in zijn leven een nieuwe liefde tegenkomt. Leuk voor vader natuurlijk, maar voor de kinderen kan dit consequenties hebben. Want als vader hertrouwt met zijn nieuwe geliefde, manifesteert zich het stiefoudergevaar! Immers als vader overlijdt, gebeurt er hetzelfde als bij het overlijden van moeder: de gehele nalatenschap gaat van rechtswege (dus automatisch) naar de langstlevende echtgenoot, de stiefouder! Dat betekent dus ook dat persoonlijke spullen van moeder, die na haar dood eigendom zijn geworden van vader, na zijn dood eigendom worden van stiefmoeder. Uiteraard hebben de kinderen -net als bij het overlijden van hun moeder- een geldvordering op stiefmoeder. Nu vanwege het overlijden van hun vader. Maar dit is wederom slechts een vordering in geld. De spullen blijven bij de stiefmoeder. En als we nu nog een stapje verder gaan wordt het nog gekker: stel dat ook stiefmoeder komt te overlijden. De kinderen in ons voorbeeld zijn niet haar erfgenamen. De wet bepaalt namelijk dat je van je stiefouder niet erft. De spullen van moeder en vader komen terecht bij de erfgenamen van stiefmoeder, bijvoorbeeld haar kinderen uit een eerdere relatie. Op deze manier kunnen zeer persoonlijke spullen gemakkelijk uit beeld verdwijnen.
Wat kun je doen tegen het stiefoudergevaar?
De wetgever heeft met het stiefoudergevaar rekening gehouden en heeft de kinderen zogenaamde ‘wilsrechten’ gegeven. Deze wilsrechten geven de kinderen de bevoegdheid om de ouder of stiefouder te verzoeken om goederen aan hen over te dragen. Er zijn vier wilsrechten: één wilsrecht richt zich tegen de eigen ouder, twee wilsrechten zijn gericht tegen de stiefouder en tot slot is er nog een wilsrecht dat ingeroepen kan worden tegen de erfgenamen van de stiefouder.
Ik licht de verschillende rechten kort toe waarbij ik steeds uitga van het beschreven voorbeeld.
- Op het moment dat vader bekend maakt dat hij -dus na overlijden van moeder- opnieuw in het huwelijk wil treden (het stiefoudergevaar doemt op!), is vader op verzoek van het kind verplicht om goederen in eigendom aan het kind over te dragen. Vader mag daarbij wel het vruchtgebruik voorbehouden. Het kind kan dus spullen van moeder aanwijzen, bijvoorbeeld spullen waarmee het kind een (affectieve) band heeft. Vader is verplicht om deze spullen in eigendom over te dragen. Hij mag echter de spullen wel blijven gebruiken als hij dat wil: immers mag vader verlangen dat hij het vruchtgebruik krijgt van de aangewezen goederen.
- Op het moment dat vader is hertrouwd en komt te overlijden, is de stiefouder verplicht om op verzoek van de kinderen goederen over te dragen. Op dit moment is de vordering, die is ontstaan door het overlijden van moeder, opeisbaar geworden. Dit komt door het overlijden van vader. De stiefouder moet goederen overdragen waarbij zij geen voorbehoud van vruchtgebruik mag maken.
- Als vader overlijdt en hij ten tijde van overlijden was getrouwd met de stiefouder, gaat zijn nalatenschap op grond van de wet volledig naar de stiefouder. De kinderen van vader verkrijgen weer een niet-opeisbare vordering, maar nu op de stiefouder. De stiefouder is verplicht om goederen van de nalatenschap van vader aan de kinderen over te dragen. Omdat de vordering van de kinderen op hun stiefouder niet opeisbaar is, mag de stiefouder het vruchtgebruik voorbehouden en dus de spullen blijven gebruiken als zij dat wil.
- Dezelfde situatie als onder 3), maar nu is ook de stiefouder overleden. Hierdoor wordt de vordering, die was ontstaan door het overlijden van vader, opeisbaar. Op dit moment zijn de erfgenamen van de stiefouder verplicht om goederen aan de kinderen van vader over te dragen. Ook hier geldt geen voorbehoud van vruchtgebruik. De kinderen verkrijgen aldus het volle eigendom van deze goederen.
De verplichting om goederen over te dragen is niet onbeperkt. Er hoeven niet méér goederen overgedragen te worden dan tot maximaal de waarde van de vordering van het kind. Dus stel dat het kind uit hoofde van het overlijden van moeder een vordering heeft op vader van € 20.000,= dan is vader verplicht om goederen over te dragen tot maximaal dit bedrag.
De wilsrechten spelen dus een rol als er een stiefouder in beeld komt. Wilsrechten worden niet automatisch geëffectueerd. Een kind moet hier een beroep op doen.
Wil je over dit onderwerp meer informatie en meer specifieke hulp bij het inroepen van de wilsrechten? Neem dan contact op met ons kantoor!